Er is weer een weekje voorbij gevlogen. Het werken in de
Sotomayor was deze week niet echt vernieuwend. Er lagen niet veel vrouwen in
arbeid. De verklaring van de vroedvrouwen hier was : “de vrouwen komen niet
bevallen als het zo hard regent, dan blijven ze thuis.”. Logische verklaring,
nee? Blijkbaar hebben de Ecuadoriaanse mama’s hier de gave om hun weeën op te
houden en kunnen ze bevallen wanneer ze willen. Gemakkelijk. Ik heb deze week
dan ook slechts één bevalling zelfstandig kunnen doen.
Het was wel een hele mooie bevalling. Er stond een vrouw in
de pre-parto zaal al enkele minuten op volledige ontsluiting. De dokters waren reeds
begonnen met het begeleiden van het persen. Ik dacht dat deze bevalling wel
weer aan mijn neus zou voorbijgaan omdat er al een klein uurtje een Ecuadoriaanse
studente rond het bed stond te ijsberen, met haar steriele handschoenen in haar
hand. Toen deze vrouw naar de parto gebracht werd ben ik toch gaan vragen of ik
deze studente mocht assisteren bij de bevalling. Assisteren is in elk geval
toch leerijker dan gewoon toekijken. Toen ze vervolgens de episiotomie gezet
had zette deze studente een stap opzij en mocht ik, heel onverwacht, de
bevalling alleen doen. Hierna mocht ik dan ook de knip zelfstandig hechten. Deze
gebeurtenis was zeker het toppunt van mijn werkweek. Het was een flinke baby
van 3.500 kg. De mama zei nadien ook nog: “gracias, doctora”. Je kan je wel
inbeelden dat ik met een brede glimlach en zo fier al een gieter het ziekenhuis
heb verlaten en met een goed gevoel aan
mijn weekend kon beginnen.
Vrijdag besloten we om de zeven watervallen in Quevedo te
gaan bezoeken. We hadden op de foto’s van de studenten van vorig jaar gezien
dat het daar heel mooi was. We vroegen aan Abraham hoe we daar moesten geraken.
Hij kende een vriend die ons aan de terminal van Quevedo zou komen ophalen.
Een beetje onvoorbereid vertrokken we zaterdagochtend vroeg
op onze trip naar de watervallen. het was een drie uur durende busrit. En ik
weet niet wat er nu weer scheelde met dit voertuig, maar het voelde alsof we
een kamelentocht aan het maken waren. Hobbel hobbel hobbel.
Aangekomen in het dorpje kwam de vriend (Caton) van Abraham ons ophalen. Hij had nog
een andere vriend uitgenodigd. We waren
blij verrast toen deze vriend (Mauro) ons naar de watervallen zou voeren in
zijn 4x4. Wel fijn om nog eens in een beter voertuig te zitten, waarin je niet
helemaal door elkaar geschud wordt.
Eerst zouden we gaan eten bij de familie van Caton. Zij
hebben een ranch waar ze vissen kweken. Er zwommen vissen in de vijver van wel
anderhalve meter groot. Het was vrij beangstigend toen Caton deze vissen lokte,
en ze boven het wateroppervlak tevoorschijn kwamen. We aten op deze ‘boerderij’
dan ook heerlijk verse vis.
Na het eten vertrokken we naar de watervallen. We reden
erheen via een wegje tussen grote bananenplantages. Prachtig om te zien. Echt het
zuiders gevoel maakte me helemaal gelukkig. Dit gevoel werd nog versterkt door
de loeiharde muziek die uit de luidsprekers van de auto kwamen. De reggae
liedjes maakten de rit super compleet.
Via kleine riviertjes en modderige paadjes (deze weggetjes
maakten de wandeling een beetje avontuurlijker, heel erg fijn) kwamen we
uiteindelijk aan bij de watervallen. Eén
woord, twaalf letters: adembenemend. Het King-of-the-world-gevoel was volledig
aanwezig. Zalig om in het lauwe water te staan en de druppels van deze
watervallen (cascadas) op je lichaam te voelen. Even zwemmen, heerlijk genieten
onder het stromende water.
Toen we terug aankwamen aan de auto aten we een lekkere banaan,
geteeld door de familie van Caton. Ondertussen waren we er ons niet van bewust
dat we massaal gestoken werden door mini-muggetjes. Later bleek natuurlijk dat
onze benen vol stonden met lelijke, jeukende bultjes. Aangenaam is anders. Ik kan
je verzekeren dat ik de dag erna niet kon stoppen met krabben. Mijn benen
gloeiden gewoonweg van de jeuk. (Sien heeft de muggenbeten op haar benen geteld:
117 bultjes).
![](https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEh4jzjbqtSvlvzTynb2DbinAt4I1hyZfVxI5Ey8K8ZSUFx88OevZAZOSF5RiIxX2VWnnKihyphenhyphenlrtO59ombB_P6Q5-Bz0Qk0ZAmoWOSFdC72c1lJP_lBxuv8iYSo_VU2AEqfwC3Izgz0rqpzR/s320/2013-03-09+23.43.32.jpg)
![](https://blogger.googleusercontent.com/img/b/R29vZ2xl/AVvXsEgbMKj0CvLqzidFOHmWB-VCPnqQOSiU67ril0tYwqmK9NaM-T668bfgQd0DDD3cKk-5IlW87wahBDFelLPH0HqT2THoLzHsFPbI45iJ6zsqsUJ0JTBnhdEAa1ARkiMF3oMQS-kebuTAi2Wm/s320/1667_4046174287598_206332246_n.jpg)
Hierna hebben we nog even een plonsje genomen in het
zwambad. Het water was nog steeds niet koud. Dit zijn voordelen van het zwoele
Ecuadoriaanse weer zeker. Nadat we nog snel een DVD’tje bekeken hadden (wat in
de winkel slechts 1 dollar kostte) vielen we snel in slaap.
De ochtend daarop had de mama van Mauro nog een ontbijt voor
ons gemaakt: gebakken bananen met warme melk. Het was de eerste keer dat ik
iets warm gedronken had hier in Ecuador. En wonder boven wonder had het me nog
goed gesmaakt ook. hierna bracht Mauro ons terug naar het busstation en begon
onze hobbelige weg richting Guayaquil weer.
Tijd om weer even voor school te werken en ons voor te
bereiden op de komende werkweek. Hopelijk zal het deze week wat drukker zijn op
de sotomayor.
Liefs, Emma
Ps: ik beklaag het me iedere dag meer en meer dat mijn
geliefde stopwoord “EI” is. Helaas is dit een universeel woord en is het ook
niet zo subtiel als je dit gebruikt wanneer je iets degoutant vindt (zoals
darmen op een BBQ). Ja Ferre, ik moet je gelijk geven, ik moet op zoek gaan
naar een nieuw stopwoordje, suggesties?
Pps: ik begin de Ecuadoriaanse pluk-de-dag-mentaliteit al
een beetje over te nemen. Dit weekend is het bewijs dat ik toch wel impulsief
ingesteld kan zijn. En geloof me, het was heerlijk.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten